Twee meisjesbesnijdsters leggen het mes neer in Guinee

Kadiatou en Aissatou verdienden jarenlang hun inkomen met het besnijden van meisjes in het West-Afrikaanse Guinee. Nu hebben ze hun vak opgegeven en werken ze samen met Plan International om meisjesbesnijdenis te stoppen in hun community. Ook de volgende generatie komt in actie tegen de schadelijke praktijk.

“Vroeger werd besnijdenis ons opgelegd,” legt Kadiatou (65) uit. Zij heeft het vak overgenomen van haar oma, een bekende besnijdster in de regio. Hoewel meisjesbesnijdenis officieel verboden is in Guinee, is toch 97 procent van de vrouwen tussen de 15 en 49 jaar besneden (UNFPA, 2020). Elk jaar besneed Kadiatou tot wel zeven groepen meisjes, met tien tot vijftien meisjes per groep. “We hadden vaak meisjes die serieuze bloedingen kregen, maar dat hielden we geheim. Mijn oma liet me zien hoe boomschors gebruikt wordt om bloedingen te stoppen en infecties te behandelen.”

Het besnijden van meisjes wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de cultuur in Guinee, ook al werd het in 2000 wettelijk verboden. Guinee is na Somalië het land met de meeste besneden meisjes en vrouwen ter wereld. Besnijdsters verdienen er goed aan, zowel met geld als in natura. Stoppen met besnijden betekent voor Kadiatou en Aissatou dat ze een vast inkomen moeten opgeven.

Een moeilijke keuze

Plan International heeft het project Save Girls from FGM (Red meisjes van meisjesbesnijdenis) opgezet om te helpen deze schadelijke praktijk te stoppen. Als onderdeel van dit project organiseert Plan trainingen waarin de gevaren en negatieve gevolgen van besnijdenis worden besproken.

Kadiatou en Aissatou deden ook mee aan de trainingen. “We bespraken wat de verdere ontwikkeling van onze community in de weg zat. We kwamen tot de conclusie dat meisjesbesnijdenis een groot onderdeel is van veel problemen in ons dorp. Het is vaak de onderliggende reden voor echtscheidingen en onderlinge conflicten,” vertelt Aissatou. Dit motiveerde hen om te stoppen met het besnijden van meisjes.

Wat voor de vrouwen ook belangrijk was: hoe moesten ze rondkomen als ze met hun werk als besnijdster zouden stoppen? Met steun van Plan zijn daarom leen- en spaargroepen opgezet om de financiële druk op families te verlichten. Kadiatou en Aissatou hebben andere inkomensbronnen gevonden en verdienen nu meer dan toen ze meisjes besneden.

De volgende generatie

Toen Plan International in het dorp van Mariame (22) een voorlichtingsavond over meisjesbesnijdenis organiseerde, was ze er als eerste bij. Mariame werd besneden toen ze vijftien was. Ze ervaart sinds die tijd aldoor lichamelijke en emotionele pijn. “Ik ervaar geen plezier tijdens de seks met mijn man. Ook zwanger worden was heel lastig en mijn bevalling ging moeizaam,” legt Mariame uit.

Mariame werkt nu mee aan de voorlichtingscampagne van Plan International. Dankzij haar verhaal zijn veel besnijdenissen voorkomen. Ze heeft zelfs haar twee grootmoeders overgehaald te stoppen met hun werk als besnijdsters. “Besnijdenis is vandaag de dag niet meer de norm in ons dorp, zelfs mijn eigen ouders hebben er nu spijt van,” vertelt ze. In de community van Mariame zijn er nu meer meisjes niet besneden dan meisjes die wel besneden zijn.

De rol van Plan

Het project Save Girls from FGM van Plan International wordt in 80 community’s in Guinee ingezet om meisjesbesnijdenis te stoppen. We geven voorlichting en gaan het gesprek aan over gendergelijkheid en seksuele gezondheid. Ook steunen we vrouwen en meisjes die de negatieve gevolgen van besnijdenis ervaren.

Het project slaat goed aan binnen de community’s en wordt daarom uitgebreid naar nieuwe districten in de regio’s Guéckédou, Kissidougou, Coyah en Conakry. Binnen de komende vier jaar streeft Plan International ernaar om 2,25 miljoen meisjes in Guinee te bereiken, zodat ze hun eigen keuzes kunnen maken en kunnen voorkomen dat ze besneden worden.