Seksuele vorming in Indonesië: het is net koorddansen
Voor jongeren in West-Java is een condoom kopen verboden, en het woord ‘vagina’ uitspreken te aanstootgevend. Toch navigeert ‘SETARA’, een handboek seksuele vorming, leraar Yanto Suryahadi en zijn klas vol pubers door het morele mijnenveld van seksuele taboes in Indonesië.
Trots loopt Yanto Suryahadi (46) over de binnenplaats van ‘zijn’ lilakleurige schoolgebouw in een dorp aan de zuidwestelijke kust van Java. De energieke onderdirecteur is gestoken in een kaki uniform en heeft een constante lach op zijn gezicht.
“Toen we eind 2017 begonnen met de module seksuele vorming, stonden er binnen no-time morrende ouders op het schoolplein. Seks voor het huwelijk wordt zinā genoemd en onrein bevonden volgens de islam. Daarom vermijden zowel ouders als scholen het onderwerp”, vertelt Pak (‘meneer’) Yanto, zoals de leerlingen hem noemen. “Kinderen kunnen dus nergens terecht voor betrouwbare informatie.” En dan, retorisch: “Maar met die mentaliteit gaan we seksueel misbruik, tienerzwangerschappen en soa’s toch niet stoppen?’
Praten over wensen en grenzen
Meisjes in schooluniform (lange blauwe rok, wit overhemd en witte nikab) bewegen in groepsformatie over de binnenplaats, richting de klaslokalen. De pauze is bijna voorbij. “Om de ouders tegemoet te komen, heeft het schoolbestuur besloten om hen tweewekelijks bij te praten over de lessen. Dat bleek twee vliegen in één klap; ook de ouders leren nu om te praten over wensen en grenzen.”
De groep meisjes gaat het klaslokaal in, nadat alle schoenen – een collectie zwarte All Star-gympen – voor de deur zijn uitgetrapt. Samen met een groepje jongens zitten de meisjes op de stenen vloer. De les kan beginnen. Vandaag les drie: veranderingen in het lichaam. Er komen vragen voorbij over pesten, gender en toestemming.
Op de hoogte blijven van het nieuws van Plan? Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief.Module seksuele vorming
Indonesië heeft een van de hoogste aantallen kindbruiden ter wereld: maar liefst 1,4 miljoen Indonesische meisjes hebben de route naar het altaar afgelegd, vaak tegen hun zin. Een kindhuwelijk is een ernstige schending van de kinderrechten met vaak levenslange consequenties voor de slachtoffers. Naar school gaan kunnen ze wel vergeten en zonder opleiding of eigen inkomen zijn deze meisjes later totaal afhankelijk van hun man en zijn familie. Er is vaak sprake van huiselijk geweld en de jonge meisjes krijgen baby’s wanneer hun lichaam nog helemaal niet klaar is voor een zwangerschap en een bevalling. Dit zorgt voor grote gezondheidsrisico’s.
Juist daarom is de Yes I Do Alliantie (YIDA) samen met Indonesische organisaties in 2017 gestart met het pilotproject SETARA, een module seksuele vorming voor jongeren tussen de 12 en 14 jaar. De Yes I Do-Alliantie is een samenwerkingsverband tussen Plan International, Rutgers, Amref Flying Doctors, Choice for Youth and Sexuality, KIT Royal Tropical Institute en het ministerie van Buitenlandse Zaken. De alliantie pakt de problematiek aan die ten grondslag ligt aan kindhuwelijken, meisjesbesnijdenis en tienerzwangerschappen door onder meer jongeren informatie te geven over seksualiteit en rechten. Het vijfjarige programma loopt tot en met 2020 en wordt uitgevoerd in Indonesië, Mozambique, Malawi, Zambia, Kenia en Ethiopië.
“Mijn lichaam is van mij”
“Wat hebben jullie tot nu toe van SETARA geleerd?” vraagt de leraar aan zijn klas. “Dat mijn lichaam van mij is, en niet van iemand anders”, fluistert een dertienjarig meisje achterin de klas, haar hand voor haar mond. De andere meisjes knikken geruisloos. Een van de jongens vooraan steekt zijn vinger op. “Een natte droom is niet haram (verboden)”. Schalkse blikken en gegiebel. Een meisje bij het raam: “Ik wil niet uitgehuwelijkt worden. Ik heb het recht om mijn school af te maken!”
Polderen in het klaslokaal
Pak Yanto is enthousiast. “Sinds wij in 2017 begonnen met SETARA, is het aantal kindhuwelijken hier aanzienlijk gedaald”, zegt hij trots. “Het leert elk meisje dat haar lichaam niet toebehoort aan haar ouders (die haar soms slaan) of een jongen (die seks met haar wil), maar dat zijzelf het recht heeft om te beslissen wat er met haar lichaam gebeurt. Doordat kindhuwelijken afnemen, blijven meisjes langer op school. Op de meest punten scoren ze nu zelfs hoger dan de jongens. Dat is een kleine revolutie.”
“Seksuele vorming geven voelt als een soort koorddansen”, zegt Pak Yanto lachend. “Maar het is te belangrijk om op te geven.” Het liefst zou hij al op kleuterscholen met de lessen starten, zodat praten over het lichaam, wensen en grenzen op latere leeftijd niet zo taboe is. Maar het blijft manoeuvreren; hij moet voorzichtig doen. In Lombok willen ze SETARA verbannen omdat het te aanstootgevend is.
“Ze hebben er recht op”
Na de les trekt de klas de schoenen weer aan en wandelt de warmte in. Volgende week is het tijd voor les vier: gezonde relaties. “Ik zie dat het programma echt iets in werking zet bij mijn leerlingen”, zegt Pak Yanto, terwijl hij het klaslokaal achter zich sluit. “Kinderen krijgen controle over hun lichaam, hun verlangens en hun toekomst. En dat is hoog tijd. Daar hebben ze per slot van rekening gewoon recht op.”