Monowara kon haar school niet afmaken maar leidt nu een team van tien mensen
Monowara (26) uit Bangladesh wilde als kind politieagent worden, net als haar ooms. Helaas moest ze door haar vaders ziekte stoppen met school en ze vond een baan in de kledingindustrie. In deze sector komen ongelijke behandeling en intimidatie nog veel voor op de werkvloer. Nu werkt ze in een kledingfabriek waar de werkomstandigheden veel beter zijn. Bovendien verdient ze naast haar baan ook geld met haar hobby: borduren.
Toen ze nog maar twaalf jaar oud was, moest Monowara met haar neef trouwen. Haar vader wilde wel dat ze haar toetsen op school afrondde voordat ze bij hem introk. Toen haar neef plots overleed hoopte Monowara dat ze misschien een opleiding kon gaan doen om politieagent te worden. Helaas werd haar vader ernstig ziek en Monowara was gedwongen om te stoppen met school net voordat ze haar toetsen kon doen.
Jong en al twee keer getrouwd
Monowara was 13 jaar toen ze naar Dhaka, de hoofdstad van Bangladesh, verhuisde. Ze moest werken in de kledingindustrie om haar vader en moeder financieel te ondersteunen. “Mijn leidinggevenden ontdekten al snel dat ik slim was en naar school was geweest. Ik kreeg moeilijkere taken dan andere beginnende werknemers,” vertelt Monowara. Ze verdiende steeds meer geld en stuurde dit allemaal naar haar ouders.
Tijdens deze periode ontmoette Monowara haar tweede echtgenoot en ze kregen samen een zoon. Een jaar na hun huwelijk ontdekte ze dat hij al getrouwd was en twee kinderen had. Dit leidde tot grote ruzies tussen haar en haar man: “Ik voelde me zo verraden. Als ik hem vroeg waarom hij mijn leven zo verwoest had, zei hij alleen dat hij me leuk vond en daarom met me getrouwd is. Zou hij dat met een ander meisje weer doen?”. Een van de ruzies liep zo uit de hand dat Monowara geslagen werd door haar man. Ze overwoog bij hem weg te gaan, maar ze wist dat ze zwaar zou worden beoordeeld door haar omgeving. Dit zou de tweede echtgenoot zijn die ze ‘verloor’. Uiteindelijk besloot Monowara bij hem te blijven en zich te richten op het opvoeden van haar zoontje.
Lees hier meer over de vrouwen achter onze kledingBangladesh behoort tot de landen met het hoogste aantal kindhuwelijken ter wereld. Meer dan de helft van de meisjes daar trouwt voor haar achttiende verjaardag. Bijna een op de vijf meisjes trouwt zelfs al voor haar vijftiende. Er zijn diverse oorzaken voor het hoge aantal kindhuwelijken in Bangladesh. Armoede en een gebrek aan onderwijs zijn twee van de belangrijkste redenen waarom er zoveel meisjes trouwen als ze nog kind zijn.
Borduurwerk in opdracht
Ondanks alles bleef Monowara bij haar man en hun zoontje. In haar vrije tijd begon Monowara te borduren. Op een dag maakte ze voor haar zoon een kussentje met een geborduurd patroon. Een buurvrouw merkte op dat ze hier geld mee kon verdienen en stelde haar voor aan een paar organisaties. Monowara begon thuis borduurwerkjes in opdracht te maken. Deze werden zelfs in het buitenland gekocht, en door de extra werkdruk kon ze nu zelf werknemers aannemen.
Monowara werkte ook nog steeds in de kledingfabriek, maar dit werd steeds moeilijker te combineren. Een vriendin vertelde haar over een bedrijf waar ze flexibele werkuren kon hebben. Haar nieuwe leidinggevende was een vrouw en in dit bedrijf was er een streng beleid tegen intimidatie op de werkvloer. Bovendien mocht ze haar zoon, Emon, meenemen naar haar werk.
De werkomstandigheden waren hier duidelijk veel beter. “De Awaj Foundation beschermt werknemers hier. Ze helpen als er problemen zijn, en ik heb nu ook recht op medische zorg”, legt Monowara uit. De Awaj Foundation, een partnerorganisatie van Plan International, zet zich in voor de rechten van arbeiders in de kledingindustrie. Nazma Akter, de directeur van de Awaj Foundation, benadrukt de rol van internationale organisaties en overheden in het vinden van duurzame oplossingen. “We willen geen liefdadigheid, we willen onze grondrechten. Die moeten verzekerd zijn. Er is vooruitgang maar we moeten meer samenwerken.”
Plan International en Fair Wear
In Bangladesh werken volgens de internationale arbeidsorganisatie ILO ongeveer 4,2 miljoen mensen in de kledingsector, waarvan het merendeel vrouw is. Plan International en Fair Wear, een organisatie die opkomt voor betere werkomstandigheden voor arbeidskrachten in de kledingindustrie, werken in Bangladesh samen met partnerorganisaties zoals de Awaj Foundation aan een betere positie voor (jonge) vrouwen in de kledingindustrie.
We zetten ons er samen voor in dat vrouwen fatsoenlijk werk hebben, onder veilige omstandigheden kunnen werken en voldoende betaald krijgen. We doen dit door kledingmerken en de fabrieken te ondersteunen bij het creëren van een veilige omgeving voor vrouwen waarin ze zich kunnen uitspreken, promotie kunnen krijgen en inspraak hebben.
Wil je meer over dit soort projecten lezen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!Tegen geweld en intimidatie
Naast het lobbyen voor betere wetgeving en het geven van trainingen, steunt Plan ook het opzetten van commissies om geweld tegen vrouwen tegen te gaan. “Het is belangrijk dat er wordt opgetreden tegen intimidatie. Ook willen we dat er ruimte is voor vrouwen met kleine kinderen om borstvoeding te geven, dat er sanitaire voorzieningen voor hen zijn en dat we in gesprek blijven met elkaar over wat ze nodig hebben”, legt Orla Murphy, de directeur van Plan International Bangladesh, uit.
Dankzij de aanwezigheid van een vakbond, opgericht met steun van de Awaj Foundation, kunnen fabrieken hun werknemers betrekken bij het zoeken van oplossingen. Met name in zware tijden als gevolg van de coronapandemie is dit erg belangrijk. “Voorheen hadden we veel problemen op het werk. De eigenaren zagen vakbonden als iets negatiefs, ze deden er alles aan om het opzetten van een vakbond tegen te houden. Maar nu is het anders. Bekende bedrijven, de top tien merken, bestellen bij onze fabrieken met vakbonden”, vertelt vakbondsleider Nahidul Hasan Nayan.
Trots op haar werk
Monowara heeft nu werk dat haar uitdaagt en dankzij de trainingen en workshops die ze krijgt leert ze nieuwe vaardigheden. Ze legt bijvoorbeeld uit dat het maken van sweaters niet zo makkelijk is als het misschien lijkt. “Als er een draadje uitsteekt kunnen we het product niet meer verkopen. Sommige mensen kunnen dit na vijftien dagen nog steeds niet, ik heb het in één dag geleerd!”, vertelt ze trots.
Monowara is blij dat ze ondanks haar moeilijke start zover gekomen is. “Ik heb niet eens mijn toetsen kunnen doen toen ik op school zat, maar nu leid ik een team van tien mensen. Ondanks mijn gebrek aan opleiding ben ik slim genoeg om dit te bereiken. Ik heb mezelf echt bewezen en ik behandel mijn collega’s eerlijk en met respect, dus ze vertrouwen me.”
Ook in haar persoonlijke leven heeft ze grote stappen gezet. “Zelfs mijn eigen man leent soms geld van me. Maar ik zorg ervoor dat hij me altijd terugbetaalt! Hij slaat me ook niet meer, want dat laat ik niet meer gebeuren. Ik ben een stuk sterker geworden sinds ik in Dhaka woon.”