“Hij zei: trouw met me of verlaat het dorp”
Mali wordt al jaren geteisterd door conflicten tussen de verschillende etnische groepen in het land. Duizenden mensen wonen in kampen om het geweld te ontvluchten. Ook het leven van de 16-jarige Awa* wordt getekend door het geweld in het land.
Awa was pas dertien toen ze gedwongen werd om te trouwen met een man die ze nog nooit had ontmoet. In haar omgeving is het gebruikelijk dat meisjes op jonge leeftijd moeten trouwen.
“Toen ik ging trouwen, moest ik stoppen met school en naar Senegal verhuizen, waar mijn man woonde,” vertelt ze. “Maar ik werd na een jaar al naar huis gestuurd door mijn schoonfamilie, omdat ik weigerde te luisteren naar hun bevelen.”
“Het dorp was veranderd”
Toen ze terugkeerde naar haar dorp in Mali, ontdekte ze dat er veel was veranderd. “Ik zag geen kinderen meer onder de bomen spelen, de vrouwen zongen niet meer en de mannen werkten niet meer op het land”, vertelt Awa.
“Ook was de verhalentraditie, waarbij we bij elkaar kwamen om verhalen te vertellen, verboden en de scholen waren gesloten. Er hing een angstige sfeer in het dorp.”
Er hing een angstige sfeer
Niet lang nadat Awa terugkeerde, vielen jihadistische schutters het dorp aan. “Toen de gewapende mannen mijn dorp bestormden, eisten ze dat elk ongetrouwd meisje met een van hen zou trouwen,” vertelt ze.
“Ik was veertien en kwam net uit een gedwongen huwelijk. Ik wilde niet dat hetzelfde mij nog een keer zou overkomen en sloeg het huwelijksaanzoek van een van de schutters af. Hij kreeg een woedeaanval en begon me te bedreigen. Hij stelde een ultimatum: ik moest met hem trouwen of ik moest het dorp verlaten.”
Oplopende spanningen
Het noorden van Mali is al jarenlang een conflictgebied. De Toeareg, een nomadenvolk, zijn sinds begin jaren 90 meerdere keren in opstand gekomen tegen de regering.
In 2012 escaleerde het conflict, onder andere door de dreiging van jihadistische strijders in het midden van het land. Beide groepen probeerden de macht te krijgen.
De spanningen liepen nog verder op toen de Malinese regering met behulp van Franse troepen de rebellen ging bestrijden. Rond de 400.000 mensen zijn sindsdien op de vlucht geslagen voor het geweld.
“Ik verkoop voedsel om melkpoeder voor mijn zoontje te kunnen kopen”
Ook Awa ontvluchtte haar dorp, met behulp van haar oma. In eerste instantie ging ze naar het dorp waar haar vader woonde, maar hij kon niet voor haar zorgen. Ze werd naar een vluchtelingenkamp in de Malinese hoofdstad Bamako gebracht. Awa’s twee oudere zussen zijn inmiddels ook in het kamp terechtgekomen.
Hun vader bezoekt hen eens per maand en geeft ze het beetje geld dat hij kwijt kan zodat de meisjes eten kunnen kopen.
Awa’s oudere zus Fanta* werd net als Awa gedwongen om jong te trouwen. Haar man misbruikte haar elke dag, zelfs toen ze zwanger was. Nadat ze was bevallen, vluchtte ze terug naar haar ouders.
Haar ex-man zorgt niet voor haar zoon, dus zoekt Fanta werk waar het kan. “Ik verkoop voedsel op de markt in het kamp om melkpoeder te kopen voor mijn zoontje en groenten voor mij en mijn zussen.”
Familie onderhouden
Awa is onzeker over haar toekomst, maar weet één ding zeker: ze wil dat haar familie bij elkaar blijft.
“Ik wil mijn eigen bedrijf opzetten om mijn zussen te helpen bij het onderhouden van onze familie,” vertelt ze.
Hoe kun jij helpen?
Er zijn duizenden meisjes zoals Awa en haar zussen die wonen in kampen in Mali. Zij zijn het kwetsbaarst tijdens conflicten. Zo lopen ze meer risico op geweld en misbruik en stoppen ze vaak met school. Hierdoor wordt de kans op een zelfstandige toekomst kleiner.
Met jouw bijdrage kan Plan International hygiënekits uitdelen aan de meisjes en vrouwen in de kampen en schoolpakketten geven aan kinderen. Ook kunnen we een kindvriendelijke, veilige ruimtes openen waar kinderen samen kunnen komen om te spelen en te leren.
Lees hier meer over hoe Plan International noodhulp biedt aan de vluchtelingen in Mali.
Zo bouwen we aan een betere toekomst voor jongens en meisjes in conflictgebieden!
*De namen zijn veranderd om hun identiteit te beschermen