Nalaten aan Plan International: “Ik zag met eigen ogen hoe belangrijk onderwijs is”
Van de meeste goede voornemens komt niet zoveel terecht en dat iemand zijn goede voornemen meer dan veertig jaar volhoudt is al helemaal uniek. Evert Levinson (96) deed dat wel. Op nieuwjaarsdag 1981 werd hij sponsor van Plan International en dat is hij altijd gebleven. Hij heeft er zelfs voor gekozen Plan International op te nemen in zijn testament.
“Ik had in de krant een advertentie van Plan International zien staan. Toen ik die advertentie zag dacht ik bij mezelf: ‘Wat kan ik nou beter met mijn geld doen dan een kind helpen?’ En dus ben ik kindsponsor geworden. Mijn eerste sponsorkind kwam uit India, de 25 sponsorkinderen die daarna volgden uit Indonesië.”
Indonesië
“Die band met Indonesië heb ik al heel lang. Van 1947 tot 1950 was ik in militaire dienst en was ik als verpleger gestationeerd in Indonesië. In Yogyakarta leerde ik toen een jongetje kennen die tijdelijk bij zijn leraar in huis woonde. Hij hield ontzettend van leren en is later dan ook professor en zelfs minister geworden. Toen zag ik hoe belangrijk scholing voor kinderen in Indonesië is en wat ze met de juiste ondersteuning kunnen bereiken.”
Onderwijs
“In mijn testament heb ik dan ook laten opnemen dat ik wil dat mijn nalatenschap gebruikt wordt om kinderen onderwijs te laten volgen. Ik ben zelf vaak afgereisd naar Indonesië en heb met eigen ogen kunnen zien hoe de situatie in de afgelopen veertig jaar verbeterd is. Niet alleen voor de kinderen zelf, maar voor de hele gemeenschap. Vooral voor meisjes kan onderwijs echt het verschil maken. Als er niet genoeg geld is om alle kinderen naar school te sturen, moeten zij vaak thuisblijven. Maar als ze wel kunnen leren verbetert dat hun positie enorm. Dan kunnen ze zelf ook een inkomen verdienen.”
Geen betere manier om het jaar te beginnen
“Mensen helpen is sowieso belangrijk, dus toen ik in 1981 begon met het sponsoren van Plan International kon ik me geen betere manier voorstellen om het jaar te beginnen. Ik heb toen gelijk een brief geschreven voor mijn sponsorkind en berekend hoeveel ik in de zes jaar daarop kon doneren. In die tijd kreeg je nog elk jaar acht procent loonsverhoging erbij, dus ik had dat allemaal netjes doorgerekend en het bedrag als cheque toegestuurd. Nu, in mijn testament, heb ik alles ook weer duidelijk vast laten leggen. Daarin staat al dat tachtig procent van mijn vermogen wordt nagelaten aan Plan International, speciaal voor de scholing van kinderen.”
Op bezoek
“Sinds ik begonnen ben met het sponsoren van Plan International ben ik bijna elk jaar naar Indonesië toegegaan om de kinderen die ik sponsorde te bezoeken. Soms samen met mijn zuster, maar ook vaak alleen. Ik werd altijd rondgeleid door dezelfde gids en elke keer moest en zou er ook gegeten worden bij de sponsorkinderen. Daar stonden de families echt op. Dat betekende dat je soms wel drie avondmaaltijden op een dag kreeg. En dat al die gezinnen moesten worden ingelicht over mijn knoflookallergie! Ik sta op het punt om weer terug te gaan naar Indonesië. Als alles goed gaat, kan ik in februari weer met eigen ogen zien wat er met mijn donaties gedaan wordt.”