“Ik wil dat scholen veiliger zijn voor meisjes zoals ik”
Vandaag is de Dag van het Afrikaanse Kind. Een goed moment om aandacht te vragen voor de problemen van kinderen in Afrika. Want in veel landen moet er nog een hoop gebeuren om het leven van kinderen, en in het bijzonder meisjes, beter te maken.
Een rapport van de Afrikaanse organisatie ACPF over het welzijn van meisjes in Afrika, dat eind vorig jaar werd gepresenteerd, schetst geen rooskleurig beeld over hoe Afrikaanse overheden omgaan met meisjesrechten. In Zuid-Sudan is de situatie het slechtst, maar ook in veel andere landen is er nog een lange weg te gaan als het gaat om gelijke rechten en kansen voor meisjes en jongens.
Voor de Dag van het Afrikaanse Kind vertellen kinderen zelf wat ze willen. Want zij weten precies wat ze nodig hebben. Zoals de 16-jarige Rashida uit Kameroen, die iets wenst wat voor elk kind vanzelfsprekend zou moeten zijn: “Ik wil veiligere scholen voor meisjes zoals ik.” Sanaipei uit Kenia (14 jaar) wil dat het uithuwelijken van jonge meisjes ophoudt: “Ik bid ervoor dat we de keuze krijgen om op school te blijven en onze doelen te bereiken.” Emman (13) uit Zuid-Sudan vraagt om voedsel, water en medicijnen. “En we moeten ons weer veilig voelen om terug naar school te kunnen.” Drie sterke meisjes, die allemaal willen dat ze veilig zijn en hun dromen kunnen waarmaken.
Het moet beter
Afrikaanse kinderen lopen elke dag tegen problemen aan, door armoede, geweld en natuurrampen. In sommige gebieden is de situatie op dit moment zo schrijnend, dat basisvoorzieningen als schoon water, eten en medische hulp niet of nauwelijks voorhanden zijn. In de Ethiopische regio Tigray, in delen van Mozambique en in Zuid-Sudan zorgen gewapende conflicten voor een humanitaire ramp. De problemen daar overschaduwen de strijd voor gelijkheid en meisjesrechten.
We hebben eten, water en medicijnen nodig. We moeten ons weer veilig voelen om terug naar school te kunnen.
Maar ook als meisjes in Afrika wel naar school gaan, krijgen ze te maken met obstakels. Scholen zijn soms zo onveilig dat meisjes niet meer naar de klas komen. Dat komt door bijvoorbeeld seksueel geweld en mentale mishandeling, ook door leraren, of het gebrek aan sanitaire voorzieningen.
Dat het beter moet, daar is bijna iedereen het wel over eens. Maar de praktijk is weerbarstig. Met de Agenda 2040 heeft de The African Charter on the Rights and Welfare of the Child (ACRWC) al in 1990 goede doelstellingen neergezet om de rechten voor kinderen in Afrika te verbeteren. De organisatie wordt erkend door bijna alle landen van de Afrikaanse Unie en vraagt vandaag, op de Dag van het Afrikaanse Kind, nogmaals aandacht voor de agenda. Het is belangrijk dat er vaart wordt gemaakt met het behalen van de doelstellingen, waarin onder andere staat dat elk kind in 2040 een geboorteregistratie heeft, veilig is, naar school kan, basisvoorzieningen heeft en zich uit kan spreken.
Hart van het werk
Die doelstellingen vormen het hart van het werk dat Plan International doet in Afrikaanse landen. We hebben onder andere projecten om geboorteregistraties mogelijk te maken, om meisjes te beschermen tegen geweld, om kinderen naar school te laten gaan, om sanitaire voorzieningen te realiseren en om rechten voor kinderen en in het bijzonder meisjes te verbeteren.
Het is belangrijk om in elke fase in het leven van een meisje te investeren. Ondanks alle uitdagingen en tegenslagen zijn veel meisjes sterk en hoopvol. We willen samen met hen van Afrika een betere plek voor kinderen maken.